Gedegen informatie over mooie langeafstandspaden en dagwandelingen!

Groningen

Mijn mooiste dagwandelingen van ongeveer 5 tot 15 km

Dagwandelingen Groningen

Deze pagina laat je de mooiste wandelingen in Groningen ontdekken, van 5 tot 15 km, door het Groninger buitengebied.

Voor de indeling van de wandelingen gebruik ik de zeven deelgebieden (regio’s) van de Kwaliteitsgids Groningen (zie het groene kader hierboven). Deze landschappelijke deelgebieden geven een goed beeld van de grote variatie in het Groninger landschap – van de lage kustvlakten in het noorden tot de bosrijke beekdalen van Westerwolde in het zuidoosten.

Met de wandelingen beperk ik me tot de buitengebieden. Dus op deze pagina vind je geen stadswandelingen.

Met dagwandelingen bedoel ik hier tochten van ongeveer 5 tot 15 km. Meestal zijn dat halve dagtochten van 2 à 3 uur zuivere looptijd, die je goed kunt combineren met een bezoek aan een dorp, museum of horecagelegenheid onderweg.

Op de onderstaande kaart staan de Natura 2000-gebieden in de drie noordelijke provincies. Die zijn normaliter goed voor de helft van mooie wandelingen. De andere helft vind je in mooie landschappen.
Het blijkt dat Groningen weinig wandelmogelijkheden in Natura 2000-gebieden heeft. Er is daar wel de Waddenzee en de Dollard, maar die zijn alleen geschikt voor een wadlooptocht. We zullen het dus vooral moeten hebben van geschikte kleinschalige, mooie landschappen en dat zijn er betrekkelijk weinig.

Deze lijst is nog niet volledig. Ken jij in Groningen een wandeling die past bij de criteria op deze pagina (mooie natuur, buitengebied, duidelijke route)? Laat het me weten – ik breid de lijst graag verder uit.

1. Zuidelijk Westerkwartier      (3 routes)

Snel naar:

Inleiding

In het deelgebied Zuidelijk Westerkwartier wisselen hooggelegen zandruggen en laaggelegen veengronden elkaar af. Op de zandruggen liggen dorpen als langgerekte linten langs de weg. Talrijke houtsingels, die de weilanden van elkaar scheiden, geven het gebied een intiem en besloten karakter.

Juist deze wegdorpen met hun houtsingels zorgen ervoor dat het Zuidelijk Westerkwartier zich duidelijk onderscheidt van de kalere en vlakkere omliggende landschappen.

Het deelgebied bestaat uit twee streken: Langewold in het noorden en Vredewold in het zuiden. De grens tussen beide ligt in de omgeving van de beek Oude Riet (ook wel Oude Diep genoemd).

Wegdorpenlandschap met houtsingels

Het landschap beperkt zich tot de zandruggen (gasten), waar de meeste dorpen als kralen aan een snoer langs de weg liggen. De percelering bestaat hier meestal uit lange, smalle stroken die loodrecht op de ontginningsas staan. Houtsingels vormen de perceelscheidingen en zorgen, samen met bebouwing en erfbeplanting, voor een kleinschalig en besloten landschap: een typisch coulissenlandschap.

In dit wegdorpenlandschap met houtsingels van Vredewold liggen enkele landgoederen die het intieme karakter van het gebied verder versterken, zoals Nienoord, Iwema Steenhuis en Coendersborg.

Laagveenlandschap

Een landschap met zandruggen kent vanzelf ook laagten. De breedste laagte in dit gebied wordt gevormd door de beekdalen van het Oude Diep, het Dwarsdiep en de Matsloot. Ook de Lauwers, van oudsher de grens met Friesland, stroomt door zo’n laagte.

Deze open, venige laagten werden traditioneel gebruikt als gemeenschappelijke weide (heemschar of hamrik) of als hooiland. Op sommige plaatsen zijn de sporen van natte vervening nog duidelijk in het landschap zichtbaar. In natuurterreinen herinneren moerasbossen en petgaten aan deze periode, zoals de Petten langs de Lauwers en de Lettelberter Petten bij het Leekstermeer.

Het Zuidelijk Westerkwartier kent een rijke cultuurhistorie. Oude borgen en kerken, samen met de kleinschalige dorpslinten, vertellen het verhaal van eeuwenlang menselijk gebruik. Tegelijkertijd zijn veel natuurwaarden behouden gebleven. Het gebied is rijk aan houtsingels, petgaten en pingoruïnes. Dat maakt het bijzonder aantrekkelijk voor wandelaars die willen genieten van de afwisseling tussen besloten zandruggen en open, venige laagten.

Houtwallen en -singels

De houtsingelstructuur en bijbehorende verkaveling op de zandruggen (gasten) zijn haaks georiënteerd op de dorpslinten. Ze bestaan veelal uit elzensingels die de perceelscheidingen markeren. Naarmate de opstrekkende verkaveling overgaat in lager gelegen gebieden, neemt het aantal houtsingels af. Daardoor is het landschap op de zandruggen nabij de dorpslinten overwegend besloten, terwijl het richting de beekdalen steeds opener wordt.

Tegenwoordig hebben houtsingels hun oorspronkelijke functies – zoals veekering en houtgebruik – grotendeels verloren. Hierdoor dreigen veel houtsingels te verdwijnen. Omdat zij kenmerkend zijn voor het Westerkwartier en van groot belang voor de biodiversiteit, wordt veel waarde gehecht aan het behoud van houtwallen en houtsingels.

Een houtwal maakt deel uit van een kunstmatige aarden wal; bij een houtsingel staat de beplanting op dezelfde hoogte als het omliggende land. Beide landschapselementen kennen een gevarieerde beplanting, met onder meer elzen, maar ook eiken, essen en kersen met ondergroei. Elzensingels komen vooral voor op vochtige bodemtypen, terwijl eikensingels vooral op de drogere gronden te vinden zijn.

Opstrekkende verkaveling met houtsingels op de zandruggen van het Westerkwartier.
Andere landschappen

In het Zuidelijk Westerkwartier komen nog drie andere, minder omvangrijke landschappen voor, die hier kort worden aangestipt:

  • het veenkoloniaallandschap in het zuidelijkste deel bij de Jonkersvaart,
  • het heideontginningslandschap ten zuiden van Opende,
  • het dijkenlandschap aan de noordelijke rand van het Zuidelijk Westerkwartier.

Mijn mooiste wandelingen

Hieronder zie je de mooiste wandelingen van Zuidelijk Westerkwartier van west naar oost:

Doezumermieden – 9,3 km

Rondwandeling vanuit Opende
(Boswachterspad Boezumerstruun)

Startpunt:
Theetuin Blotevoetenhof
Peebos 1A, Opende.

Routemarkering:
Paars.

Beste websites:

Route

Vanaf de Theetuin ga je in noordelijke richting naar het riviertje de Lauwers, die hier de grens vormt tussen Friesland en Groningen

Je vervolgt de route door een halfopen landschap waar de turfstekers hun sporen hebben achtergelaten. Je loopt langs uitgegraven petgaten, over voormalige legakkers en door moerasbos. Onderweg zie je hoe de natuur het vroegere turfgebied langzaam heeft terugveroverd, met trilveen, moerasbos en bloemrijke hooilanden.

Sta even stil bij het trilveen – hier voel je de grond onder je voeten letterlijk trillen. Als je op en neer springt, veert de bodem terug en lijkt het alsof je op een trampoline staat.

Daarna volgt een lang traject langs de Lauwers, waarbij je via talloze klaphekjes van perceel naar perceel gaat.

Via Melle’s Pad kom je op de verharde weg langs de Doezumertocht en wandel je via het gehucht Peebos terug naar het startpunt.

Doezumermieden

(Mieden/meden/maden = hooilanden)

Doezumermieden ligt aan de westelijke rand van het Zuidelijk Westerkwartier bij Doezum en Peebos. Langs de westkant van het gebied stroomt de Lauwers op de grens met Friesland. Aan de zuidkant grenst Polder de Kaleweg aan de Doezumermieden. Beide zijn grote natuurgebieden met bijzonder waardevolle natuur.

Voor de natuurontwikkeling zijn er hooilanden ingericht. Daarnaast zie je elzensingels, moerasbosjes en open weilanden.

Karakteristiek voor de Doezumermieden zijn de langgerekte petgaten, ontstaan door het afgraven van laagveen voor de winning van turf. Aanvankelijk gebeurde dat vooral voor eigen gebruik. De turf hier was een soort modder, die met baggelbakken werd opgeschept. Op de hoger gelegen legakkers liet men de turfplakken drogen. Omdat de zee hier ooit dunne laagjes klei had afgezet, bevatte het veen wat zout, waardoor de turf slechts van matige kwaliteit was.

Tegenwoordig is de turfwinning verdwenen en kan de natuur haar gang gaan. De petgaten in de lage delen van het gebied groeien langzaam dicht met waterplanten, zoals Krabbenscheer, waar de zeldzame libel groene glazenmaker zijn eieren kan afzetten.

In een later stadium ontwikkelt de vegetatie zich tot trilveen. Dat is een dicht vegetatiedek dat op het water drijft en waar veel zeldzame planten en dieren wonen.

In de loop der jaren groeien de petgaten dicht met struweel en bos (Zwarte els, Wilgesoorten).

De aanwezigheid van de verschillende stadia is zeer waardevol voor verschillende dieren en planten. Daarom worden nieuwe petgaten aangelegd of oude verboste petgaten weer opengehaald. Staatsbosbeheer werkt op dit moment aan het herstel van de variatie in ontwikkelingsstadia van de petgaten.

Wegdorpenlandschap met houtsingels

Het gebied rond Opende heeft een wegdorpenlandschap. Daar liggen de dorpen en buurtschappen als langgerekte linten op de hoger gelegen zandruggen, hier ‘gasten’ genoemd. Vandaar de plaatsnamen Lutjegast en Grootegast.

Op de flanken van de ruggen staan haaks op de wegen houtsingels bestaande uit inheemse en streekeigen boomsoorten zoals eik, es, berk en zoete kers, met een ondergroei van struiken en kruiden.

De houtsingels kunnen uit één enkele rij bomen bestaan, maar kunnen ook breder zijn. Over het algemeen hebben houtsingels een breedte variërend van twee tot tien meter. Soms maakt een greppel of sloot hier onderdeel van uit. In tegenstelling tot houtwallen groeien ze niet op een aarden wal, maar vrijstaand. De begroeiing wordt periodiek gekapt en beheerd als hakhout met overstaanders.

De houtsingels dragen bij aan het besloten parkachtige karakter van de bebouwingslinten.

Tussen de ruggen liggen open natte laagtes met veel sloten, petgaten en enkele verspreide bosjes als landschapselementen.

Het besloten landschap van de Doezumermieden met sloten, elzenbroekbosjes, petgaten en hooilandjes.

Iwema Steenhuis en Coendersborg – 10,2 km

Rondwandeling vanuit Niebert
(Groninger Borgenpad)

Startpunt:
Parkeerplaats bij Iwema Steenhuis, Niebert
Navigatie: Iwemalaan 6, Niebert (na huisnummer 6 nog 250 m doorrijden naar de parkeerplaats)

Beste websites:

Digitale routekaart:
Ga op je mobiele telefoon naar Groninger Borgenpad – Rondwandelingen.
Klik bij de gewenste route op kaart. De kaart opent vervolgens op de website Afstandmeten.nl.
Met het icoontje linksboven kun je je eigen positie bepalen.

Natuurgebieden Coendersborg en Iwema Steenhuis

Deze twee natuurgebieden liggen dicht bij elkaar en zijn bekend om hun historische karakter.
Coendersborg is een landgoed met een 17e-eeuws landhuis en natuurbos.
Het Iwema Steenhuis ligt in een kleinschalig houtsingellandschap met graslanden, elzensingels en houtwallen.

Een elzensingel is een met elzen beplante strook langs een sloot. Ze dienden als veekering en eigendomsgrens. Elzensingels lijken op houtwallen, maar hebben geen opgeworpen wal en zijn meestal smaller.

Zie verder: Zuidelijk Westerkwartier

Steenhuizen

Het Iwema Steenhuis is het enige en best bewaarde steenhuis in de provincie Groningen.
Door bouwkundige ingrepen is het gebouw niet direct als steenhuis herkenbaar. Bij de aanbouw van een schuur is het steenhuis verlaagd om één daklijn te creëren. Later zijn grotere raampartijen toegevoegd. De zware muren verraden echter nog altijd de oorsprong, vermoedelijk rond 1400.

Het voorhuis wordt particulier bewoond en is niet te bezichtigen. De tuin met börgbloumkes (stinzenplanten) is wel toegankelijk. In het voorjaar bloeien hier duizenden krokussen.

De eerste steenhuizen waren verdedigingstorens die tevens dienden als opslagplaats. De ingang bevond zich op de eerste verdieping en was bereikbaar via een ophaaltrap. Steenhuizen stonden vaak op een verhoging en waren omgeven door een gracht met ophaalbrug, en boden bescherming tegen overstromingen en oorlog. De meeste verdwenen al in de 15e en 16e eeuw. In Friesland wordt een steenhuis een stins genoemd.

Zie ook: Musea Nuis Niebert

Coulissenlandschap

In het Zuidelijk Westerkwartier zien we dat de provincie Groningen meer te bieden heeft dan eindeloze vergezichten en uitgestrekte polders.
Hier ligt een coulissenlandschap: een halfopen landschap waarin weiden en akkers worden begrensd door houtsingels, bossen, hagen en struiken.

Door deze beplanting ontstaat het karakter van een toneel met coulissen. Wandelen hier is een bijzondere ervaring, met vele doorkijkjes en telkens weer nieuwe landschaapselementen.

Landgoed Nienoord (in Leek) – 9,1 km

Rondwandeling naar het Leekstermeer

Startpunt:
Parkeerplaats landgoed Nienoord,
Nienoord 20, Leek.

Beste website:
Groninger Borgenpad

Digitale routekaart
Ga op je mobiele telefoon naar Groninger Borgenpad Rondwandelingen.
Klik bij de gewenste route op de link kaart.
De kaart opent vervolgens op de website Afstandmeten.nl.
Met het wieltje linksboven kun je je eigen positie bepalen.

Route

De wandeling begint en eindigt bij het landgoed Nienoord.

Op het landgoed is een kleine expositie over de voormalige borg Nienoord. Je kunt de panelen bewonderen die Herman Collenius schilderde voor de danszaal van Nienoord.

Het landhuis Nienoord heeft nu een horecafunctie, met een grandcafé. In het koetshuis is het Nationaal Rijtuigenmuseum gevestigd.

De route loopt langs het Leekstermeer, deels over graspaden. Langs het meer kom je ook horeca tegen.

Aan het eind van de wandeling is er een uitbreidingsmogelijkheid naar de 12e-eeuwse kerk van Midwolde. Hier is onder andere de graftombe te bezichtigen die Rombout Verhulst maakte voor Anna van Ewsum.

Let op: de kerk is regelmatig open. Zie de openingstijden op het internet.

De jachthaven bij Nienoord, met uitzicht over het Leekstermeer, vormt een rustpunt voor wandelaars en watersporters.

2. Wierdenland & Waddenkust      (3 routes)

Snel naar:

Het gebied omvat de volgende twee landschappen: wierdenlandschap (geel op de kaart) en dijkenlandschap (lichtgroen).

1. Wierden

Al eeuwen voor Christus vestigden de eerste bewoners zich op de hogere delen van de kwelders.
Toen de zeespiegel langzaam steeg, wierp men wierden (kunstmatige woonheuvels) op om droge voeten te houden.

Wierden zijn er in allerlei afmetingen en verschijningsvormen. Van grote dorpswierden, soms deels afgegraven, tot bescheiden huiswierden.
Mooie oude wierdedorpen zijn o.a. Niehove en Ezinge.

Doorsneden van de verschillende fasen van huiswierde naar dorpswierde.
2. Dijken

Na het jaar 1000 begon men dijken te bouwen. Dit werd mogelijk doordat men had geleerd uitwateringssluizen te maken die de druk van hoge vloedstanden konden weerstaan.

Bij laag tij openden de deuren zodat het water weg kon vloeien; bij opkomend tij sloten de deuren weer zodat het buitenwater werd gekeerd.
Deze sluizen worden zijlen genoemd, en rondom de zijlen ontstonden vaak zijldorpen, zoals Oude Biltzijl en Termunterzijl.

Na 1200 AD, toen de eerste woongebieden beveiligd waren met dijken, begon men voor de waddenkust met het omdijken van de kwelders.
Daar buiten de zeedijken ligt het gebied van de landaanwinning. Met dammetjes van rijshout werd het opslibben van slib bevorderd.
Zodra voldoende land was opgeslibd, werd een nieuwe dijk aangelegd. Door herhaling van dit proces ontstonden soms meerdere dijken achter elkaar.

Het zijn relatief smalle, evenwijdig aan de kust liggende polders.
De kavels zijn blokvormig en veel regelmatiger dan op het oude land, waar de oude kreken de maat aangaven.

Als je vanuit het zuiden naar de waddenkust loopt, passeer je dijken die steeds jonger worden.
Langs de slaperdijken werden boerderijen gebouwd en op sommige plaatsen dijkdorpen, zoals Pieterburen.

Al die opslibbingen, ingedijkt na 1200 AD, vormen het jonge, bedijkte landschap: het Hoogeland.
Naar de zee toe is de klei wat zandiger en hoger opgeslibd, omdat het water in de onbedijkte tijd hier langer bleef stromen. Hier werd tarwe verbouwd.

Dieper landinwaarts stond het water lang stil en kon het fijnste slib bezinken. Daar werd de zware knikklei afgezet, die nauwelijks water doorlaat en later als grasland werd geëxploiteerd.

Het hoogteverschil tussen de zavelafzettingen langs de kust en het verder landinwaarts gelegen kleigebied bedraagt meer dan een meter.
Hierdoor kon er geen afwatering naar het noorden plaatsvinden, met als gevolg dat veenmoerassen ontstonden op de overgang van de klei naar de keileem en het zand van Drenthe.
De afwatering vond vooral plaats via het Reitdiep, naar het westen.

Voor de wandelaar

De wandelmogelijkheden in Wierdenland & Waddenkust zijn beperkt, maar enkele bijzondere gebieden zijn zeer de moeite waard:

  • Werelderfgoed Waddenzee
  • Nationaal Park Lauwersmeer
  • Nationaal Landschap Middag-Humsterland

Mijn mooiste wandelingen

Onderstaande wandelingen laten de mooiste delen van deze regio zien, van west naar oost.

Wadlooptocht Lauwersoog

  • Vertrekpunt Lauwersoog
  • Met de boot naar Rif en Engelsmanplaat
  • Wandeling op de platen van 7km

Startpunt:
MS Silverwind in de Visserijhaven van Lauwersoog, schuin tegenover NG Shipyards, Haven 30.

Website:
Wadlopen.com

Vaartocht + Wadlooptocht

We verzamelen op het schip de Silverwind in Lauwersoog en varen naar een prachtig deel van het Wad tussen Ameland en Schiermonnikoog.
Daar gaan we van boord voor een mooie wadlooptocht van ca. 7 km (ongeveer 2,5 uur).

Eerst lopen we naar het Rif, een duineneilandje dat een thuis is voor zeehonden en vogels.
Daarna gaan we naar de Engelsmanplaat. We bezoeken de wadwachtpost, waar in de zomermaanden vogelwachters verblijven.

Tot slot gaan we weer aan boord en varen terug naar Lauwersoog. Onderweg heb je kans om zeehonden te zien. Tijdens de tocht krijg je uitleg over de bijzondere natuur van dit gebied.

Lauwersoog – 11,4 km

Rondwandeling naar het Marnebos

Startpunt:
Parkeerplaats P4 aan de Haven
(De SNP Route App begint bij Strandpaviljoen Meerzicht, Strandweg 11, Lauwersoog)

Routemarkering:
Gedeeltelijk witte bordjes met zwarte pijlen en gedeeltelijk wandelknooppunten.
Maar met de AllTrails-app kun je hem probleemloos lopen.

Dijkverzwaring:
Loop vanaf KP51 naar KP52 en vandaar terug naar het startpunt.

Beste websites:

Route:
Deze route gaat door het Lauwersoogbos en door het westelijke deel van de Marnewaard.
Deze route komt grotendeels overeen met de Wandelroute Lauwersmeer van SNP Reizen.

Nationaal Park Lauwersmeer

Vroeger lag hier de Lauwerszee, een inham van de Waddenzee, maar angst voor overstromingen leidde in 1969 tot de bouw van een 13,5 km lange dam. Hierdoor is het gebied geleidelijk veranderd van een zoutwaterzee naar een zoetwatermeer met bijbehorende unieke flora en fauna.
Het Nationaal Park werd opgericht in 2003 en is nu belangrijk voor recreatie, zoals wandelen, fietsen en vogelen. 

Tijdens militaire oefeningen is deze route niet toegankelijk. Dit wordt aangegeven met rode vlaggen / lichten.

Allersmaborg – 11,7km

Rondwandeling vanuit Feerwerd

Startpunt:
Molen van Feerwerd

Routemarkering:
Geen.

Ga op de mobiele telefoon naar www.groningerborgenpad.nl/rondwandelingen.
Klik op de link “kaart” onder de link route.
De kaart opent nu in Afstandmeten.
Met het wieltje linksboven wordt de eigen positie bepaald.

Beste websites:

Route

De wandeling begint bij de molen van Feerwerd en gaat vervolgens door het dorp.
Aan het einde van het dorp zie je rechts een bolling in het weiland. Daar heeft vroeger een van de borgen van Feerwerd gestaan. Er hebben in Feerwerd zeker drie borgen gestaan.

Na enkele kilometers passeren we de Allersmaborg. Uiteraard gaan we het borgterrein op en lopen we om de borg heen. De borg is niet toegankelijk.

We vervolgen onze weg en raken het Reitdiep. Het is een aanrader om via de trap de dijk op te gaan en een kijkje te nemen bij het meanderende Reitdiep.

Na Aduarderzijl lopen we richting Garnwerd. In de Burg. Brouwersstraat lijkt de tijd te hebben stilgestaan. Daarna voor café Hammingh langs en vervolgens via het dorp, over een graspad en langs het Aduarderdiep terug naar Feerwerd.

Meer informatie over Feerwerd en de Allersmaborg: Groninger Borgenpad.

Nationaal Landschap Middag-Humsterland

Middag-Humsterland bestaat uit twee delen: Middag en Humsterland (zie kaart). Het behoort tot de oudste cultuurlandschappen van West-Europa. Middag was ooit een schiereiland en Humsterland een eiland in de Waddenzee. Destijds was de Waddenzee veel groter en drong ver het Groninger land binnen.

De eerste bewoners vestigden zich al in de ijzertijd, circa 600 jaar voor Chr. Om zich tegen het zeewater te beschermen, gingen ze wonen op wierden, kunstmatige woonheuvels van grasplaggen, klei en mest. Rond het jaar 1000 begon de aanleg van dijken, waardoor het opwerpen en verhogen van wierden niet langer noodzakelijk was. Geleidelijk volgde de inpoldering van het drooggelegde land. Vanwege de behoefte aan veiligheid en bruikbare grond ging het aanleggen van dijken en het inpolderen tot in de 20ste eeuw door. Wie nu op kaarten van het gebied kijkt, ziet een lappendeken van kleine en grote polders, oude en nieuwe dijken. Ook het patroon van kwelderkreken en voormalige getijrivieren is nog goed herkenbaar in kleine hoogteverschillen en bochtige sloten.

Middag-Humsterland is een kleilandschap met veeteelt. Er zijn karakteristieke kop-rompboerderijen met zware erfbeplanting en een naar Groninger maatstaven dicht slotennet. De ingebruikname van het kwelderland heeft geleid tot een onregelmatige blokverkaveling, die ook nu nog zichtbaar is in de talloze kromme sloten.

De wierden vertonen een duidelijke samenhang met de waterlopen waarlangs ze zijn ontstaan. Veel wierdedorpen zijn zo gaaf dat ze zijn aangewezen als beschermd dorpsgezicht. Denk aan Garnwerd, Ezinge en Niehove.

Middag-Humsterland heeft veel dijken en dijkrestanten. Rond 1200 vestigde zich in Middag het Klooster Aduard, dat uitgroeide tot de rijkste abdij van Noord-Nederland. Het klooster drukte zijn stempel op de waterstaat in de omgeving door de aanleg van dijken, kanalen en uitwateringssluizen.

Allersmaborg

Verscholen tussen de bomen op het terrein met een gracht eromheen ligt de Allersmaborg. Ze is een van de weinige Groninger borgen die bijna helemaal ongeschonden is gebleven. De borg werd eeuwenlang particulier bewoond, maar in 2005 verwierf de Rijksuniversiteit Groningen de borg in erfpacht. De oudste delen van de Allersmaborg dateren uit de 14de of 15de eeuw. Rond de borg ligt een landgoed met houtsingels, een boomgaard en stinzenbeplanting. Het landgoed is vrij toegankelijk.

Aduarderzijl

Het buurtschap Aduarderzijl ligt op de plek waar het Aduarderdiep uitmondt in het Reitdiep. Dit Aduarderdiep werd rond 1400 gegraven op initiatief van monniken van het klooster Aduard. Het Aduarderdiep diende voor de afwatering van gebieden bij de stad Groningen op het Reitdiep, dat tot eind 19de eeuw in open verbinding stond met de Waddenzee. De sluizen die je nu bij Aduarderzijl ziet dateren uit 1706 en 1867.

3. Gorecht (= Hondsrug & Hunzedal) (1 route)

Snel naar:

Gorecht, inclusief de stad Groningen, is het kleinste deelgebied van de provincie, maar ook het hart ervan. Historisch en landschappelijk gezien bestaat het uit twee delen, gescheiden door de Hunze.

Ten westen van de Hunze vinden we het deel dat vroeger als Go werd aangeduid. Het is de Hondsrug, met zijn kenmerkende esdorpen, waarvan het dorp Groningen tot stad uitgroeide.
Ten oosten van de Hunze ligt Wold, dat zich kenmerkt door streek- of wegdorpen op veen (zoals Westbroek) of klei (zoals Noorddijk).

Het landelijke Gorecht is landschappelijk zeer waardevol en grotendeels ongeschonden. Hier vind je natuurgebieden zoals de Onner-Oostpolder, Polder Oosterland Lappenvoort en de noordelijke delen van de Natura 2000-gebieden Zuidlaardermeergebied en Drentsche Aa.

Het contrast tussen het hooggelegen, kleinschalige landschap van de Hondsrug en de laaggelegen, natte beekdalen van de Drentse Aa en Hunze is groot. Een mooi voorbeeld daarvan is te zien bij de Noordlaren-wandeling.

Mijn mooiste wandelingen

Onderstaande wandelingen laten de mooiste delen van deze regio zien, van noord naar zuid.

Noordlaren – 12 km

Rondwandeling met daarin het Hunzedal en de Hondsrug

Startpunt:
Kerk Noordlaren,
Meester Koolweg, Noordlaren

GPS-kaart:
Ga naar Storymaps Arcgis
en klik daar op het tabblad GPS-kaart

Beste websites:

Routewijziging:
De route van het Groninger Landschap komt niet langs het enige hunebed in deze provincie. Volg daarom vanaf het Noordlaarderbos liever de route van de website Weg van Wandelen. Dan kom je er wel langs.

Over het gebied

Noordlaren is een Gronings esdorp op de grens van de Hondsrug en de Hunzelaagte. Het esdorpenlandschap van Noordlaren kenmerkt zich door bolle akkers, boerderijlinten en de kleinschalige structuur van houtwallen en laanbeplantingen.

Het Zuidlaardermeer begrenst het dorp aan de oostkant.
Aan de westkant ligt het Noordlaarderbos, met daarachter de Drentsche Aa.

Langs de route, ten zuidwesten van Noordlaren, ligt het kleine, maar fraaie hunebed G1. Dit is het meest noordelijk gelegen hunebed van Nederland en het enige in de provincie Groningen.

Hunebed G1

4. Centrale Woldgebied & Duurswold      (1 route)

Snel naar:

Deze regio, ten noordoosten van de stad Groningen, bestaat uit twee delen.
Ten noorden van het Eemskanaal ligt het Centrale Woldgebied: een laaggelegen zeekleigebied waar het veendek in de loop der tijd is verdwenen. Het heeft een humusrijke kleibodem die geschikt is voor akkerbouw. Dit in tegenstelling tot de zware bodems van het Reitdiepgebied ten westen hiervan.
Ten zuiden van het Eemskanaal bevindt zich Duurswold, een voormalig veenontginningslandschap.

Beide landschappen zijn ruim en open, met lange zichtlijnen en grote landbouwpercelen. In het Centrale Woldgebied liggen boerderijen op huiswierden en lichte ruggen. In Duurswold overheerst lintbebouwing op flauwe zandruggen

Duurswold is het laagst gelegen deel van de provincie. Grote delen liggen 1,5 tot 2 meter onder zeeniveau en vormen daardoor een waterrijk gebied.

Een belangrijk natuurgebied in deze streek is ’t Roegwold. In de afgelopen twintig jaar is hier landbouwgrond omgevormd tot natuur. Het gebied maakt deel uit van het Natuurnetwerk Nederland (NNN). Het is nieuwe natuur in ontwikkeling en heeft nog niet de status of kwaliteit van een Natura 2000-gebied.

Mijn mooiste wandelingen

Onderstaande wandelingen laten de mooiste delen van deze regio zien, van west naar oost.

’t Roegwold – 13 km

Rondwandeling vanuit Woudbloem

Startpunt:
Zeer kleine parkeerplaats net over de ophaalbrug over de Slochter Ae in Woudbloem.

Routemarkering:
Je kunt de wandelknooppunten volgen. Zie o.a. op de onderstaande kaart.

Wandel- en fietskaart:
Staatsbosbeheer ’t Roegwold en het Schildmeer.
Verkrijgbaar bij De Zwerver

Beste websites:
Weg van wandelen

Hoogtepunten:
1. De eerste 1,5 km.
2. Het honderden meters lange houten vlonderpad in het Dannermeer. Ik liep met een grote rugzak en het waaide behoorlijk. Je loopt dan zeer geconcentreerd naar de planken te kijken, terwijl de golven eronder je enigszins duizelig maken. Een unieke ervaring.

Oude en nieuwe natuur in ’t Roegwold

Ten oosten van Groningen ligt ’t Roegwold, een landschap met zowel oude als nieuwe natuur. Landbouwgronden tussen al bestaande kleine natuurgebieden zijn sinds 2000 omgevormd tot natuurgebied en het geheel is inmiddels uitgegroeid tot één groot natuurgebied van 1.700 hectare.
Van het Schildmeer tot Kolham liggen de volgende vijf deelgebieden (zie ook kaart onderaan):

  1. Tetjehorn (ten noorden van het Schildmeer)
  2. Haansvaart (ten zuiden van het Schildmeer)
    Hier kun je genieten van uitzicht over het Schildmeer en wandelen tussen de rietkragen via het plankenpad.
  3. Dannemeer
    Heeft een honderden meters lang houten vlonderpad, waarvandaan je de vogels op de broedeilanden in het meer goed kan bewonderen.
  4. Ae’s Woudbloem
    Heeft een gevarieerd landschap met gras en struwelen, lage plassen en hoger gelegen zandkoppen.
  5. Westerpolder
    Hier heeft de eentonige grasmat plaatsgemaakt voor een ruige bodem. Dit is één van de weinige plekken in Nederland waar de veldleeuwerik nog talrijk voorkomt.

Tezamen met het Schildmeer met zijn ecologisch waardevolle oeverlanden vormen ze ’t Roegwold.
De komende jaren blijven de natuurgebieden zich ontwikkelen. Graslanden verruigen verder, rietmoerassen worden groter, jonge boompjes groeien uit. Daardoor verandert het landschap duidelijk per seizoen en zelfs per jaar.

5. Veenkoloniën (0 routes)

Snel naar:

  • ……… – … km

Het deelgebied Veenkoloniën is een jong en rationeel landschap van rechte lijnen, dat eigenlijk pas in de zeventiende en achttiende eeuw is ontstaan. Daarvoor bestond het gebied uit bijna onbegaanbaar moeras.

Nagenoeg al het aanwezige veen is afgegraven en vervangen door lintdorpen, kanalen, vaarten en verkavelde wijken. Er is een duidelijk contrast zichtbaar tussen de besloten delen van het gebied, bestaande uit kanaaldorpen, en het achterliggende cultuurlandschap. Dit landschap is een typerend beeld van Groningen en uniek in haar voorkomen.

De Veenkoloniën zijn ideaal voor de akkerbouw: er is een goede waterbeschikbaarheid, vruchtbare moerige gronden en een optimale verkavelingsstructuur.

Mijn mooiste wandelingen

Onderstaande wandelingen laten de mooiste delen van deze regio zien, van west naar oost.

6. Oldambt (1 route)

Snel naar:

Het landschap bestaat uit het ‘schiereiland van Winschoten’, omringd door de inpolderingen van de oostelijke en westelijke Dollardinbraken.
Het schiereiland zelf heeft, met onder meer de Blauwestad, bosgebieden en groene dorpslinten, een meer besloten karakter.

Het gebied daaromheen is een jong zeekleigebied: een weids polderlandschap met grootschalige akkerbouw, parallelle dijken en lange rechte wegen. Langs deze wegen liggen op regelmatige afstand statige boerderijen, meestal aan één zijde van de weg. De variatie in bebouwing laat goed zien hoe verschillend de rijkdom in dit gebied ooit verdeeld was.

Deze streek staat ook bekend als de ‘Graanrepubliek’, vanwege de uitgestrekte graanvelden en andere akkerbouwgewassen in de polders. De eindeloze horizon wordt hier slechts onderbroken door monumentale boerderijen en groene linten van bomenrijen langs de wegen.

Mijn mooiste wandelingen

Onderstaande wandelingen laten de mooiste delen van deze regio zien:

Punt van Reide – 7,6 km

Rondwandeling vanuit Termunten

Startpunt:
1. Parkeerplaats bij Kerk van Termunten. Dan is de route 7,6 km.
2. Parkeerplaats in Termuntenzijl. Dan wordt de route enkele kilometers langer: 9,5 km

Routemarkering:
Niet nodig.

Verrekijker:
Belangrijk o.a. bij de zeehondenkijkwand.

Beste websites:
Wandeling Punt van reide /Breebaartpolder 8km

Bezoekerscentrum Dollard:
Vanaf hier worden ook excursies georganiseerd. Zie: Bezoekerscentrum Dollard

Route

Deze rondwandeling voert naar de Punt van Reide aan de Dollard. Onderweg passeer je het nieuwe gemaal Fiemel, dat fraai in het landschap is ingepast. Vlakbij liggen de restanten van een Duits bunkercomplex, ooit onderdeel van de Atlantikwall.

De Dollard is een van de weinige brakwater-getijdengebieden van Europa. De kwelders bij de Punt van Reide zijn ’s zomers een belangrijk broedgebied en het hele jaar door een rust- en foerageerplek voor vogels als tureluur en visdief. Ook overwinteren hier tienduizenden ganzen.

In de Dollard leeft bovendien een grote populatie zeehonden, die bij laagwater op de zandplaten liggen te rusten. Achter de houten kijkwand op de dijk kun je de dieren ongezien observeren.

Op de route ligt ook Polder Breebaart, waar kunstmatig een eb- en vloedwerking is aangelegd. Via een opening in de zeedijk stroomt zeewater door een duiker de polder in en uit. Zo is een ‘gedempt’ getijdengebied ontstaan, met kenmerkende brakwaterflora en -fauna. Voor vissen die van zoet naar zout water moeten trekken of andersom — zoals paling en driedoornige stekelbaars — is een vispassage aangelegd.
Opvallende vogels zijn de kluut, die hier zijn favoriete prooi, de zeeduizendpoot, vindt, en de lepelaar, die op de stekelbaarzen afkomt.
Vlak bij het Bezoekerscentrum Dollard staat een vogelkijkhut met een panoramisch uitzicht over de polder.

Polder Breebaart: vogels

Polder Breebaart is de jongste landaanwinningspolder van Groningen. Ze werd in 1979 ingepolderd, maar slechts kort als landbouwgebied gebruikt. Tegenwoordig beheert Het Groninger Landschap het gebied en laat bij hoogtij opnieuw zout Dollardwater naar binnen stromen. Zo ontstaat binnendijks een brakwater-getijdengebied.

Dit milieu trekt verschillende vissoorten aan, die op hun beurt weer voedsel vormen voor veel overwinterende vogels.

Punt van Reide: vogels en zeehonden

De Punt van Reide is een schiereiland bij Termunten, een buitendijkse landtong tussen de Dollard en de Eems. Het is een voormalige oeverwal van de Eems, ontstaan door afzettingen in de vroegere binnenbocht. Vanaf de dijk en de zeehondenkijkwand heb je zicht op de kwelders, die bij hoogwater dienen als belangrijke vluchtplaats voor vele vogels.

De naam punt verwijst naar de vooruitstekende landvorm, terwijl Reide herinnert aan de verdronken wierdedorpen Oosterreide en Westerreide, die ooit op deze oeverwal lagen.

Dit beschermde natuurgebied is alleen toegankelijk onder begeleiding van gidsen van Het Groninger Landschap. Vanaf de zeehondenkijkwand op de dijk kun je het gebied echter uitstekend overzien.

Zeer goede wandel- en fietsgids:

WADDEN, De Natuurgids
Crossbill Guides
Dirk Hilbers
KNNV Uitgeverij (Nederland)

Dit boek heeft hier ook een wandelroute.
Verder veel achtergrondinfo over:

  • het landschap van het waddengebied
  • de flora en fauna,
  • wandel- en fietsroutes op alle eilanden en vasteland.

Reisboekwinkel De Zwerver

7. Westerwolde (4 routes)

Snel naar:

De regio Westerwolde kent een bijzonder afwisselend landschap. Het centrale deel wordt gevormd door een beekdal- en esdorpenlandschap, met bossen, kronkelende beken en zelfs een enigszins glooiend reliëf. Dit kleinschalige gebied contrasteert sterk met de omgeving: door verveningen en ontginningen bestaat een aanzienlijk deel van Westerwolde tegenwoordig uit een grootschalig, open en zeer vlak landschap. Dat was vroeger anders. Tot ver in de negentiende eeuw werd Westerwolde omringd door uitgestrekte veengebieden, waardoor de streek langdurig geïsoleerd lag van de rest van de provincie. Pas na 1850 begonnen de verveningen, waardoor het veenlandschap snel verdween en er nieuwe veenkoloniën ontstonden.

Voor de wandelaar is vooral het centrale deel, het beekdal- en esdorpenlandschap van belang. Het is verrassend groen, kleinschalig en besloten. Geen onafzienbare akkers, herenboerderijen en verre horizons, maar slingerende weggetjes, kronkelende beken (en stroompjes), heideveldjes en kleine bossen. Er zijn zelfs bolle akkers. Kortom het doet qua karakter sterk aan de zandgronden van Drenthe denken en is dan ook een wereld apart binnen Groningen.

Het beekdal van de Ruiten Aa vormt de ruggengraat van de regio. Langs dit dal liggen esdorpen en – gehuchten, essen, heideveldjes, vennetjes en bosjes die allemaal via bochtige weggetjes met elkaar verbonden zijn. Het dal zelf heeft groenlanden.

Westerwolde kent een grote variatie aan cultuurlandschappen:

  • het kloosterlandschap van Ter Apel met zijn eeuwenoude bos (zie kaart)
  • de esdorpen en gehuchten langs de Ruiten Aa
  • de historische verdedigingslinies bij Bourtange en Oudeschans
  • de veenontginningen bij Vriescheloo en Bellingwolde

In de vroege middeleeuwen vormde Westerwolde een zandig eiland in het uitgestrekte Bourtanger Moor (zie kaart hieronder). De eerste bewoners trokken hierheen vanuit het oosten, het Eemsland, via een tange (zandrug) door het hoogveen: de Bourtange. Deze kolonisering vanuit het oosten blijkt uit de toevoeging ‘wester’ in de naam Westerwolde (wold = ‘bos’).

Voor de wandelaar is vooral het centrale deel van Westerwolde – in en langs de Ruiten Aa (blauw) – het belangrijkst. Ten westen van deze beek stroomt de Mussel Aa. Deze twee beken komen ten noordoosten van Onstwedde samen en vormen daar de Westerwoldsche Aa. Deze kun je tot aan Wedde nog een beek noemen, maar verandert noordwaarts in een brede en diepe waterloop die duidelijk als rivier kan worden beschouwd.

Mijn mooiste wandelingen

De onderstaande wandelingen laten de mooiste delen van deze regio zien, van noord naar zuid.

Bezoek naast onderstaande wandelingen ook het esgehucht Smeerling en loop er de Boomweideroute (3,5 km) naar het bijzondere Metbroekbos en omgeving.

Wedde – 11,7 km

Zuidlus
(Groninger Borgenpad)

Startpunt:

Routemarkering:

Wandelkaart:

Beste websites:

  • …..
  • …..
Route


Over het gebied


Wedderborg was eeuwenlang de zetel van de Heren van Westerwolde of hun vertegenwoordiger. Het gebouw aan rechterzijde staat op de plek van het oude steenhuis.

Vlagtwedde – 9 km

Ommetje Ter Wupping
(Klik, Print en Wandel)

Startpunt:
Villapark Emslandermeer, Laan van Westerwolde 6 in Vlagtwedde.

Routemarkering:
Op de website www.klikprintenwandel.nl staat zowel een goed topografisch kaartfragment 1:25.000 als een uitgebreide routebeschrijving.
Bovendien is het vinden van de route in dit kleinschalige landschap van Ter Wupping een fluitje van een cent, omdat je daar volledig kunt meeliften op de geel-blauwe markering van het Westerwoldepad. (Dit is het hele traject ten westen van de Ruiten Aa, dus vanaf de brug over de Ruiten Aa (in Oud Veele) tot aan de voetbrug over de Ruiten Aa ten zuiden van het Mussel Aa-kanaal).

Wandelkaart:
Zeer goed kaartfragment van de topografische kaart 1:25.000 met de routelijn ingetekend.
Maak een afdruk van ommetje-ter-wupping.pdf.

Beste websites:

Route

Aan het begin en aan het einde van deze korte wandeling loop je door de bebouwde kom van het dorp Vlagtwedde en moet je de N368 oversteken; desondanks is het een wandeling vol rust en stilte.
Je komt door het buurtschap Oud Veele en het esgehucht Ter Wupping.
Hier heb je een eeuwenoud cultuurlandschap. Hier worden lager gelegen graslanden en vennetjes afgewisseld met hoger gelegen, bolle akkers, houtsingels en bosjes. Vanwege die kleinschalige afwisseling spreekt men ook wel van een coulissenlandschap.
Met hoofdzakelijk onverharde wegen en spannende, kronkelende paadjes is het een paradijs voor wandelaars.

Beekdal- en esdorpenlandschap

In Westerwolde hebben we langs de Ruiten Aa een kenmerkend beekdal- en esdorpenlandschap (zie ook bij de Sellingen-wandeling). Dat landschap is groen, kleinschalig en besloten. Het heeft bolle akkers, slingerende weggetjes, kronkelende beken en stroompjes, vennetjes, houtsingels en bosjes. Kortom dit “Klein-Drenthe” is een wereld apart binnen Groningen.

De beek Ruiten Aa wordt ook wel de ‘ruggegraat van Westerwolde’ genoemd. In de jaren 60 van de vorige eeuw is ze ten behoeve van de landbouw rechtgetrokken, maar gelukkig zijn de meanders in de 90er jaren weer hersteld. Dat de planten en dieren deze hermeandering wel zagen zitten, is duidelijk. Het Dal van de Ruiten Aa is nu weer een van de mooiste beekdalen in Nederland.

Het stroompje de Oude Loop slingerend door haar dalletje.

Bourtange – 6 km

Oostlus

Startpunt:
Informatiecentrum Vesting Bourtange
W. Lodewijkstr. 33
Bourtange

Routemarkering:
Geel-witte stickers met opdruk WIW17

Kudde konikpaarden:
Soms is er onrust in de kudde. Blijf in dat geval op afstand, want de paarden kunnen dan erg intimiderend overkomen.

Beste websites:

Bourtange

Het noordoosten van Groningen bestond vroeger grotendeels uit moeras: het uitgestrekte Bourtanger Moor, dat zich tot ver over de Duitse grens uitstrekte. Tussen Coevorden en Nieuweschans lag een lange rij vestingen, waaronder Bourtange. In 1580 gaf Willem van Oranje opdracht tot de bouw van deze vesting, strategisch gelegen op een zandrug (tange) tussen Duitsland en Groningen. Toen de Spanjaarden erin waren geslaagd de stad Groningen te veroveren, waren zij voor hun bevoorrading afhankelijk van deze route over de zandrug. Met de bouw van Bourtange blokkeerde Willem van Oranje deze toevoerweg en isoleerde zo de stad.

In de 17de eeuw wist de vesting de opmars van ‘Bommen Berend’, de bisschop van Münster, te stuiten. In de 18de eeuw hield Bourtange vervolgens de Pruisen tegen. Daarna verloor de vesting haar militaire betekenis en veranderde Bourtange in een landbouwdorp. De vestingwerken werden gesloopt en de grachten gedempt.

In de 20ste eeuw werd Bourtange – samen met het omliggende landschap – zorgvuldig gereconstrueerd naar de situatie van 1742. Het resultaat is een van de gaafst bewaarde vestingen van Nederland, compleet met stervormig stratenplan, bastions, ravelijnen, grachten en bruggen.

Over het gebied

Na de restauratie kunnen we nu genieten van een bijzonder landschap met veel historische elementen.

De galg aan de Nieuwwerksweg herinnert aan een andere kijk op schuld en boete. Oost-Groningen kent nog enkele oude galgenveldjes of –bulten, omgeven door verhalen over hekserij, marteling en terechtstellingen. In die tijd was men sterk beïnvloed door bijgeloof.

De wandelroute loopt door het voorterrein van de vesting, een gebied dat bij dreiging uit het oosten onder water kon worden gezet. Met sluizen en kades werd – toen het moeras door indroging zijn ondoordringbaarheid verloor – een extra verdedigingslinie aangelegd.

De Soldatendyck (Bakovenskade), bijvoorbeeld, werd aangelegd om te voorkomen dat het water naar het lagere noorden zou weglekken. Aan het eind van deze kade bevindt zich een sluisje om de waterstand te regelen. Dit sluisje was van zo’n strategisch belang dat er een kleine veldschans (Redoute Bakoven) werd gebouwd om het te beschermen. In tijden van gevaar lag Bourtange als een eiland in ondiep water. Tegenwoordig wordt gewerkt aan het herstel van deze ‘natte horizon’.

De konikpaarden staande op de Soldatendyck (Bakovenskade).

Jipsinghuizen – 9 km

Westerwolde Lus 5
(Klik, Print en Wandel)

Startpunt:
Parkeerplaatsje aan de overkant van Hotel de Waalehof, Weenderstraat 4, Jipsinghuizen.
Is deze plek vol, dan is er genoeg parkeergelegenheid aan de Wollinghuizerweg tegenover het buurthuis of bij de school.

Routemarkering:
Gedeeltelijk markeringen van het Wandelnetwerk. Kijk ook op bovenstaande kaart en het vinden van de route is dan geen enkel probleem.

Beste websites:

Route


Over het gebied


Voorde door de Ruiten-Aa bij Jipsinghuizen. Voor de voetgangers is er een voetbrugje naast gemaakt.

Sellingen – 10 km

Zuidlus

Startpunt:
Kopje Genieten
Dennenweg 1A
Sellingen
Steek vanaf deze horeca de weg over naar de beek en ga daar zuidwaarts.

Routemarkering:
Deze eigen route combineert de beste gedeelten van andere routes in het gebied ten zuiden van Sellingen.
Bovenstaande kaart is voldoende om de route probleemloos te volgen. Desgewenst neem je van een wandelknooppuntenkaart even de knooppunten over.
De goede website Weg van Wandelen heeft bijna dezelfde route, alleen op het einde gaat ze niet door het mooie voormalige Eemsdal, maar door de bebouwde kom.

Beste websites:
Weg van Wandelen

Route

Na een pad langs de Ruiten Aa maken we een lus over de heide. Vervolgens steken we bij de zuidelijkste boerderij van het esgehucht Ter Borg de Ruiten Aa over en lopen aan de oostzijde zuidwaarts. Het is een zeer afwisselend en kleinschalig gebied.

Tussen Wessingtange en Sellingen ligt een brede, droge laagte. Dit is een voormalige tak van de rivier de Eems. Tegenwoordig is een deel van deze laagte onder water gezet en kronkelt hij als een slang – vandaar Slangenborg – door het landschap. Ten zuiden van Sellingen heet deze laagte achtereenvolgens Holle Beetse en Vennekampen. Vanaf Sellingen vloeit de Ruiten Aa door dit brede dal.

Een bijzonder element van deze route zijn de rietfilterplassen. Hier groeien riet, biezen en andere waterplanten die voedingsstoffen uit het water opnemen en zo het water filteren. Het schonere water komt de natuur ten noorden van de plassen – in Holle Beetse en Vennekampen – ten goede. Veel bijzondere plantensoorten verdragen het voedselrijke water uit het Ruiten Aa-kanaal slecht en worden anders verdrongen door algemene, voedselminnende soorten. Het kanaal voert voedselrijk landbouwwater af en, in droge periodes, tijdelijk ook voedselrijk water uit Friesland en het IJsselmeer.

Staatsbosbeheer, de beheerder van het gebied, stond voor een dilemma: het voedselrijke water binnenlaten of de sluis dichtzetten en de natuur een deel van het jaar laten uitdrogen. De rietfilterplassen vormen een (gedeeltelijke) oplossing.

Bij de aanleg is een leemwand gemaakt die oeverzwaluwen huisvesting biedt. Ze graven gangen van 50–60 cm diep in de leemwand en maken aan het eind een veilig nest. Met open bek scheren ze over de plassen, waar volop insecten aanwezig zijn.

Beekdal- en esdorpenlandschap

In Westerwolde hebben we langs de Ruiten Aa een kenmerkend beekdal- en esdorpenlandschap (zie ook bij de Vlagtwedde-wandeling). Dat landschap is groen, kleinschalig en besloten. Hier worden lager gelegen graslanden en vennetjes afgewisseld met hoger gelegen, bolle akkers, houtsingels en bosjes. Vanwege die kleinschalige afwisseling spreekt men ook wel van een coulissenlandschap. Kortom, het is een dependance van Drenthe en dus een wereld apart binnen Groningen.

De beek Ruiten Aa wordt ook wel de ‘ruggegraat van Westerwolde’ genoemd. In de jaren 60 van de vorige eeuw is ze ten behoeve van de landbouw rechtgetrokken, maar gelukkig zijn de meanders in de 90er jaren weer hersteld. Dat de planten en dieren deze hermeandering wel zagen zitten, is duidelijk. Het Dal van de Ruiten Aa is nu weer een van de mooiste beekdalen in Nederland.

In het esgehucht Ter Borg heeft de tijd eeuwen heeft stilgestaan. Het bestaat uit vier boerderijen en een schaapskooi. Rondom liggen kleine akkers en houtwallen. Sommige eiken zijn wel 200 jaar oud.

De Ruiten-Aa met een van de vier boerderijen in het prachtige esgehucht Ter Borg. Hier in Sellingen lijkt de beek een riviertje, omdat er op veel plaatsen drempels in gelegd zijn. Als je die zou verwijderen dan is het duidelijk een beek die vrijwel overal doorwaadbaar is.

Ter Apel – 12,6 km

Oostlus
(Wandelen via Hub)

Startpunt:

….

Routemarkering:

Horeca:



Beste websites:

Route

Deze tocht voert over slingerende paden door oud bos met indrukwekkende beuken en eiken, en langs de beek Ruiten Aa.

Je steekt het Ruiten Aa-kanaal over via het eerste hand-aangedreven kabelbaantje van Nederland. Het ontwerp van dit 22,4 meter lange kabelbaantje is gebaseerd op een van de wagons van ‘Ol Graitje’, de tram die vroeger door Westerwolde reed. Neem plaats in de gondel, gun je benen wat rust en zet je armen aan het werk om jezelf naar de overkant te draaien.

Klooster Ter Apel

De parel van Ter Apel is zonder twijfel het Klooster Ter Apel, geflankeerd door het romantisch witte Hotel Boschhuis, waar ooit de commandeur van de stad Groningen zetelde. Het klooster werd tussen 1465 en 1561 gebouwd voor de Kruisheren. In 1593, kort na de voltooiing, veroverde Willem Lodewijk van Nassau het gebied en dwong de katholieken over te gaan tot het protestantse geloof. Nog altijd fungeert de kloosterkerk als Nederlands-hervormde kerk, terwijl de rest van het klooster is ingericht als museum. Een bijzonder interessant museum, dus zeker niet missen!

Bos

Vlak bij het klooster ligt een parkbos met statige lanen en een grote variatie aan monumentale bomen. Het overige bos heeft een natuurlijker karakter en is gedeeltelijk al eeuwenoud – wat de Engelsen ancient woodland noemen. Dergelijk bos herbergt karakteristieke planten zoals witte klaverzuring, lelietje-van-dalen, dalkruid en gewone salomonszegel.

De ooit aangeplante naaldbomen maken langzaamaan plaats voor inheemse loofbomen. Hier mogen de bomen oud en dik worden, tot ze uiteindelijk sterven. Het dode hout blijft liggen, wat belangrijk is voor vogels, insecten, mossen en paddenstoelen.

Je steekt het Ruiten Aa-kanaal over via een kabelbaantje.

Kijk ook eens bij mijn andere paden in Nederland.

12